Resultaten KBC Groep NV, 2de kwartaal en 1ste helft 2011

Alleen voor leden beschikbaar, wordt daarom gratis lid!

Overig advies 09/08/2011 07:08
Samenvatting:
- stevige winst van 1 154 miljoen euro over het eerste halfjaar
KBC sloot het tweede kwartaal van 2011 af met een geconsolideerde nettowinst van 333 miljoen euro, in vergelijking met een nettowinst van 821 miljoen euro in het vorige kwartaal en 149 miljoen euro in het overeenkomstige kwartaal van 2010. Dat betekent dat de KBC-groep in de eerste helft van 2011 een nettowinst van 1 154 miljoen euro heeft gegenereerd, bijna het dubbele van het overeenkomstige cijfer voor het eerste halfjaar van 2010.

Als we de eenmalige en uitzonderlijke posten buiten beschouwing laten, bedroeg het 'onderliggende' nettoresultaat voor het tweede kwartaal van 2011 528 miljoen euro, tegenover 658 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2011 en 554 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2010. Het onderliggende resultaat voor het eerste halfjaar van 2011 bedroeg 1 186 miljoen euro, tegenover 1 097 miljoen euro voor dezelfde periode in 2010.

Jan Vanhevel, Groeps-CEO: 'Het nettoresultaat voor het tweede kwartaal van 2011 bedroeg 333 miljoen euro. Samen met het resultaat voor het eerste kwartaal brengt dat het nettoresultaat voor het eerste halfjaar van 2011 op een erg tevreden stellende 1 154 miljoen euro, bijna dubbel zo veel als in dezelfde periode vorig jaar. Dat is grotendeels te danken aan de duurzame onderliggende inkomsten van onze divisies België en Centraal- en Oost-Europa, gecombineerd met een goede kostencontrole in de hele groep. De waardeverminderingen op kredieten stegen na de uitzonderlijk lage cijfers voor het eerste kwartaal en we boekten ook een waardevermindering van 102 miljoen euro na belastingen op onze portefeuille Griekse overheidsobligaties, wat het onderliggende resultaat voor dit kwartaal verminderde. Het IFRS-resultaat omvatte ook enkele uitzonderlijke posten, zoals een afwaardering van onze CDO-portefeuille van 0,1 miljard euro en een negatieve mark-to-marketaanpassing van 0,1 miljard euro van onze tradingderivaten die als afdekkingsinstrument worden gebruikt.'

'Midden juli kondigden we een aanzienlijke wijziging van ons strategisch plan aan. Het belangrijkste punt daarvan is dat we de oorspronkelijk beoogde beursgang van een minderheidsbelang in CSOB Bank en K&H Bank omruilen voor de verkoop van onze Poolse dochtermaatschappijen Kredyt Bank en Warta. Dat werd ondertussen goedgekeurd door de Europese Commissie. We zijn ervan overtuigd dat dat een stevige basis biedt om de doelstellingen van onze strategische herfocussering te bereiken. Ons bankverzekeringsmodel blijft de kern van onze strategie.'

Financiële hoofdlijnen 2kw2011 (onderliggend)
Jan Vanhevel, groeps-CEO, vat het onderliggende resultaat voor het tweede kwartaal van 2011 als volgt samen:

De bruto-opbrengsten profiteerden van duurzame nettorente-inkomsten en een verbeterd technisch verzekeringsresultaat

De onderliggende nettorente-inkomsten bedroegen 1 390 miljoen euro, stabiel ten opzichte van een jaar geleden en 1% meer dan in het eerste kwartaal van 2011. De nettorentemarge steeg van 1,93% in het eerste kwartaal van 2011 naar 1,98% in het tweede kwartaal. In vergelijking met het tweede kwartaal van 2010 (1,87%) is de rentemarge ook gestegen. De krediet- en depositovolumes stegen in divisie België met respectievelijk 2% en 3% in vergelijking met het eerste kwartaal van 2011. Tegenover het tweede kwartaal van 2010 stegen de kredietvolumes zelfs met 4% (hypotheken zelfs met 7%) en de depositovolumes met 6%. In divisie Centraal- en Oost-Europa was er een lichte daling van de kredietportefeuille met 1% (maar een groei van de hypotheken met 1%) en een stabiele depositobasis in vergelijking met het eerste kwartaal van 2011. Tegenover het tweede kwartaal van 2010 steeg de kredietportefeuille van Centraal- en Oost-Europa met 1% (grotendeels door de groei van de hypotheekportefeuille met 4%) en bleef de depositobasis stabiel. De kredietportefeuille van divisie Merchantbanking daalde met 8% jaar-op-jaar (stabiel tegenover vorig kwartaal), in overeenstemming met de geplande afbouw van de internationale activiteiten. De depositobasis in die divisie daalde ook, met 7% kwartaal-op-kwartaal en 9% jaar-op-jaar.
Na aftrek van de technische lasten en het nettoresultaat uit afgestane herverzekering bedroeg het technisch verzekeringsresultaat 123 miljoen euro, een stijging van 85% ten opzichte van vorig jaar en van 14% ten opzichte van het vorige kwartaal. De gecombineerde ratio verbeterde aanzienlijk, van 104% in het tweede kwartaal van 2010 naar een uitstekende 90% in het tweede kwartaal van 2011. De ratio sinds het begin van het jaar bedroeg 87%.
Het nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde bedroeg een bescheiden 102 miljoen euro. Dat was minder dan in het vorige kwartaal en ook minder dan in het tweede kwartaal van 2010 door een matig dealingroomresultaat in dit kwartaal.
De nettoprovisie-inkomsten bedroegen 394 miljoen euro. Dat is een daling van 1% kwartaal-op-kwartaal en van 13% jaar-op-jaar. De daling ten opzichte van vorig kwartaal is grotendeels toe te schrijven aan het volume van het beheerd vermogen, dat in het tweede kwartaal van dit jaar eveneens daalde met 1%. Ten opzichte van vorig jaar wordt de daling mee veroorzaakt door een vermindering in de fee business als gevolg van de afbouw van de internationale activiteiten.
De overige inkomstencomponenten bedroegen samen 151 miljoen euro, meer dan de 134 miljoen euro van het vorige kwartaal.

Lagere exploitatiekosten, waardeverminderingen beïnvloed door Griekenland

De exploitatiekosten bedroegen 1 155 miljoen euro voor het tweede kwartaal van 2011. Dat is ongeveer evenveel als een jaar geleden, maar 6% minder dan vorig kwartaal. Maar als we de boeking in het eerste kwartaal van de Hongaarse bankenheffing voor het volledige boekjaar 2011 buiten beschouwing laten, bleven de kosten ten opzichte van vorig kwartaal ook min of meer gelijk. Alles bij elkaar blijven de kosten onder controle.
De waardeverminderingen op kredieten bedroegen in het tweede kwartaal 164 miljoen euro, minder dan de 278 miljoen euro van een jaar geleden maar een stijging ten opzichte van de lage 97 miljoen euro van het vorige kwartaal. Bijgevolg werd voor de eerste zes maanden van 2011 een gunstige kredietkostenratio op jaarbasis van 0,32% gehaald, op te splitsen in een uitstekende 0,10% voor de Belgische retailportefeuille (gedaald van 0,15% voor het boekjaar 2010), een erg lage 0,53% in Centraal- en Oost-Europa (gedaald van 1,22% voor het boekjaar 2010) en 0,58% voor Merchantbanking (gedaald van 1,38% voor het boekjaar 2010).
De overige waardeverminderingen hadden voornamelijk betrekking op Griekse overheidsobligaties (139 miljoen euro vóór belastingen, 102 miljoen euro na belastingen).

Sterke kapitaalpositie onder Bazel II
Aan het einde van het tweede kwartaal van 2011 heeft de KBC-groep in het reglementair kapitaal een overschot van ongeveer 5,3 miljard euro opgebouwd boven de Tier 1-doelstelling van 10% (inclusief de impact van de desinvesteringen waarvoor tot op heden een verkoopovereenkomst is ondertekend).

Overige informatie
Strategische hoofdlijnen en belangrijkste gebeurtenissen

KBC zette in de eerste helft van 2011 een goed resultaat neer. De KBC-groep werkt volgens een degelijk bankverzekeringsmodel en dat is en blijft de kern van onze strategie. De resultaten tonen aan dat die onderliggende bedrijfsstrategie werkt en reflecteren de economische toestand van de markten waarin KBC actief is.

In de eerste helft van 2011 hebben we de uitvoering van ons strategisch herfocusseringsplan voortgezet. In maart 2011 werd bekendgemaakt dat het Belgische Landbouwkrediet Centea zou overnemen. De deal, die werd afgerond op 1 juli 2011, zal voor KBC ongeveer 0,4 miljard euro kapitaal vrijmaken, voornamelijk doordat de risicogewogen activa verminderen met 4,2 miljard euro, wat de Tier 1-ratio met ongeveer 0,4% zal verhogen.

Zoals in het vorige kwartaal werd verklaard, hebben we het verkoopproces voor KBL EPB heropgestart.

Daarnaast bereikte Value Partners Ltd., een in Hongkong gevestigde en beursgenoteerde vermogensbeheerder, in april 2011 een akkoord met KBC Asset Management (KBC AM) over de overname van het belang van 55,46% van KBC AM in KBC Concord Asset Management Co. Ltd.

In het tweede kwartaal van 2011 ondertekenden KBC Bank en IFC (International Finance Corporation), de private sector entiteit van de Wereldbank-groep, een overeenkomst waardoor KBC Bank een groot deel van het belang van 5% van IFC in Absolut Bank verwerft. De verkoop komt er doordat IFC de put-optie uitoefent die het in 2007 met KBC Bank was overeengekomen. KBC Bank heeft nu 99% van Absolut Bank in handen. De transactie heeft geen impact op de kapitaalpositie van KBC.

Begin augustus 2011 heeft KBC Securities zijn activiteiten in Servië en Roemenië gedesinvesteerd. Er werd een overeenkomst gesloten met het lokale management voor een management-buy-out.

Een aantal bedrijven staat nog op het desinvesteringsprogramma als onderdeel van de geplande afbouw van de internationale kredietportefeuille. Het verkoopproces voor KBL EPB en Fidea is aan de gang, het verkoopproces voor KBC Bank Deutschland is begonnen en de dossiers voor de verkoop van de Antwerpse Diamantbank zijn in voorbereiding.

Op 13 juli 2011 werd bekendgemaakt dat de KBC bij de Europese Commissie een formele aanvraag had ingediend om het strategische plan van 2009 aan te passen. Door de impact van bepaalde veranderingen aan het regelgevingskader (met name Basel III en het ontwerp voor de IFRS-regels voor leasing) en de moeilijkheden om in de huidige omstandigheden een IPO van K&H Bank te doen waren sommige van de maatregelen die werden voorgesteld in het oorspronkelijke plan minder effectief geworden om het beoogde doel te bereiken. KBC en de Belgische overheden verzochten de Europese Commissie formeel om goedkeuring om de geplande beursintroducties van een minderheidsbelang in CSOB Bank (Tsjechië) en K&H Bank (Hongarije) en de sale-and-lease-back van het hoofdkantoor van KBC in België te vervangen door de desinvestering van de Poolse bank- en verzekeringsdochters van KBC, Kredyt Bank en Warta (en hun dochters) en de verkoop of afbouw van bepaalde ABS- en CDO-activa. De Europese Commissie keurde de aanvraag goed op 27 juli 2011. KBC is ervan overtuigd dat de aanpassingen de groep zullen helpen om zijn doelstellingen te realiseren. De belangrijkste doelstelling van KBC is en blijft het plan binnen het overeengekomen tijdskader uit te voeren en de Belgische overheden tijdig terug te betalen.

Wegens de huidige prijsdruk op Griekse overheidsobligaties heeft KBC besloten voor zijn positie in Griekse overheidsobligaties (met een boekwaarde vóór waardevermindering van 0,5 miljard euro) een waardevermindering te boeken voor een bedrag van 0,1 miljard euro na belastingen. KBC steunt de vrijwillige roll-over voorgesteld door het IIF.

De Ierse binnenlandse markt herstelde zich minder goed dan verwacht en de besparingsmaatregelen wegen zwaar op de gezinnen. In combinatie met de huidige economische toestand zorgt dat ervoor dat het klimaat op de kredietmarkt moeilijk blijft. Dat wordt bovendien versterkt door de aanhoudende neerwaartse prijsdruk op de onderliggende activawaarden en de stijgende rentevoeten, die druk zetten op de kredietnemers. Dat kan leiden tot hogere voorzieningen voor probleemkredieten in de komende kwartalen.

KBC Bank (100% dochter van KBC Groep NV) werd onderworpen aan de 2011 EU-stresstest door de EBA (European Banking Authority), in samenwerking met de Nationale Bank van België, de Europese Centrale Bank (ECB), de Europese Commissie (EC) en het Europees Comité voor Systeemrisico's (ESRB). De EU-stresstest heeft tot doel na te gaan of de Europese banken bestand zijn tegen zware schokken en hoe het gesteld is met hun solvabiliteit bij hypothetische stressrijke gebeurtenissen in bepaalde restrictieve omstandigheden. De aannames en methode werden bepaald om de kapitaaltoereikendheid van de banken te beoordelen met als benchmark een Core Tier 1-kapitaalratio van 5% en moeten het vertrouwen herstellen in de draagkracht van de geteste banken. Het ongunstige stresstestscenario werd door de ECB uitgewerkt en beslaat een tijdshorizon van twee jaar (2011-2012). Voor de stresstest werd uitgegaan van een vanaf december 2010 stabiel blijvende balans. De stresstest houdt geen rekening met toekomstige bedrijfsstrategieën en beleidsacties en houdt geen voorspelling van de winsten van KBC Bank in. Door de hypothetische schok in het ongunstige stresstestscenario zou de geraamde geconsolideerde Core Tier 1-kapitaalratio van KBC Bank in 2012 10,0% bedragen, terwijl dat eind 2010 10,5% was. Dat resultaat houdt rekening met de effecten van de verplichte herstructureringsplannen die vóór 31 december 2010 met de Europese Commissie werden overeengekomen.

KBC neemt zich ook voor een reglementaire Tier 1-kapitaalratio van 10% aan te houden, waarvan 8% kernkapitaal, in overeenstemming met de Basel II-solvabiliteitsregels.

De financiële kalender, met de publicatiedata van de resultaten en de data van analisten- en beleggersvergaderingen, is beschikbaar op www.kbc.com.














Beperkte weergave !
Leden hebben toegang tot meer informatie! Omdat u nog geen lid bent of niet staat ingelogd, ziet u nu een beperktere pagina. Wordt daarom GRATIS Lid of login met uw wachtwoord


Copyrights © 2000 by XEA.nl all rights reserved
Niets mag zonder toestemming van de redactie worden gekopieerd, linken naar deze pagina is wel toegestaan.


Copyrights © DEBELEGGERSADVISEUR.NL