De kredietverlening van de bank neemt toe. De omzet aan nieuwe lange leningen bedraagt EUR 4,9 miljard tegen EUR 3,9 miljard in de eerste helft van 2004. De winst vóór belastingen over de eerste helft van 2005 komt uit op EUR 130 miljoen, EUR 28 miljoen lager dan in dezelfde periode van vorig jaar. Daarvan is EUR 11 miljoen toe te rekenen aan IFRS. De aandelen van de BNG zijn voor 50% in handen van gemeenten en provincies; de andere helft is in handen van het Rijk.

De winstdaling hangt hoofdzakelijk samen met een afname van het renteresultaat tot EUR 147 miljoen (2004: EUR 177 miljoen). Met name het terughoudende positiebeleid sinds de tweede helft van vorig jaar, maar ook het uitlopen van kredieten met een relatief hoge marge en de lage rentestand in de voorbije jaren, liggen hieraan ten grondslag. Daarnaast veroorzaken wijzigingen in de resultaatneming van financiële instrumenten een aanzienlijk deel van het lagere renteresultaat. Dit laatste is een gevolg van een gewijzigde opstelling van de jaarrekening. Met ingang van het lopende boekjaar vindt deze plaats volgens de International Financial Reporting Standards (IFRS).

Het eigen vermogen per 30 juni 2005 bedraagt EUR 2,8 miljard. De bedrijfslasten stijgen met EUR 3 miljoen tot EUR 30 miljoen, in het bijzonder door hogere personeelslasten (pensioen- en ziektekostenpremies).

Vennootschapsbelasting
Per 1 januari 2005 is de bank vennootschapsbelastingplichtig. De door de BNG beoogde methode van eerste fiscale waardering leidt tot een fiscaal afschrijvingspotentieel. Over de toekenning en derhalve de hoogte daarvan bestaat nog geen overeenstemming met de Belastingdienst. De belastinglast over de verslagperiode is daarom vastgesteld zonder rekening te houden met de effecten van de eerste fiscale waardering. Over de eerste helft van 2005 resulteert na belasting een nettowinst van EUR 89 miljoen.

Kredietverstrekking en funding
In de toegenomen omzet nieuwe langlopende leningen tot EUR 4,9 miljard is EUR 1,0 miljard aan verstrekkingen via openbaar verhandelbaar papier begrepen (2004: EUR 0,3 miljard). De gemiddelde kortlopende kredietverlening laat ten opzichte van de eerste helft van 2004 een stijging zien met 10% tot EUR 6,2 miljard. Met uitzondering van de zorgsector dragen alle belangrijke sectoren aan de omzetstijging bij. Het marktaandeel van de bank in de langlopende kredietverlening blijft groot.

De bank heeft in het eerste halfjaar van 2005 voor EUR 9,0 miljard aan langlopende funding aangetrokken (2004: EUR 7,6 miljard). Het gemiddeld door klanten geplaatste volume kortlopende deposito’s bedraagt EUR 2,3 miljard (2004: EUR 2,2 miljard).

Vooruitzichten
Voor heel 2005 wordt rekening gehouden met een lager resultaat ten opzichte van voorgaand jaar. Over de tweede helft van het lopende jaar wordt een resultaat voor belastingen verwacht dat minstens gelijk is aan dat over het eerste halfjaar.
Bron : BNG