In april 2005 heeft Antonov Plc, de autotechnologie onderneming, een rechtsvordering ingesteld tegen Toyota bij de rechtbank in Düsseldorf wegens de schending van haar patenten. Het betreft de techniek die is toegepast in de driveline van de Toyota Prius en de Lexus RX400h. Van belang is tevens dat Antonov van mening is dat Toyota licenties heeft verstrekt om de technologie in de producten van andere fabrikanten te gebruiken.

Na uitstel door Antonov om onderhandelingen met Toyota tot een voor beide partijen toereikende schikking te komen, vond de eerste hoorzitting in de zaak plaats op 22 september 2005.

Tot op heden bevat het voorstel van Toyota geen redelijke compensatie voor het gebruik van het intellectuele eigendom van Antonov in alle voertuigen die tot op heden verkocht zijn, en voor het aantal dat nog verkocht zal worden tot op het moment van het aflopen van de patenten. Antonovs patenten gelden in het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Frankrijk, Spanje, Italië en Japan.

Op de hoorzitting van 22 september 2005 heeft de rechtbank in Düsseldorf, in overeenstemming met de verwachtingen van Antonov, de volgende agenda opgesteld.

De hoorzitting zal plaatsvinden op 29 augustus 2006. Voorafgaand aan deze hoorzitting heeft de rechtbank een agenda opgesteld zodat beide partijen hun verweer kunnen voorbereiden. Toyota heeft tot 16 januari 2006 de tijd om te reageren op het door Antonov ingediende bevelschrift. Antonov is vervolgens tot 2 mei 2006 in de gelegenheid om hierop te reageren. Toyota heeft vervolgens tot 7 augustus 2006, vlak voor de hoorzitting, de laatste mogelijkheid om haar verdediging te verfijnen.

Antonov besloot tot juridische stappen over te gaan na zorgvuldig beraad met juridische experts en experts op het gebied van patentrecht en de auto-industrie. De zaak is aanhangig gemaakt in Duitsland omdat, zoals reeds eerder vermeld, het Duitse rechtssysteem de mogelijkheid biedt om relatief snel en tegen redelijke kosten een juridisch bindende uitspraak te krijgen. Antonov verwacht dat de kosten voor het gehele proces circa EUR 100.000,- zullen bedragen.

John Moore, CEO van Antonov: "We zouden geen juridische stappen tegen Toyota hebben ondernomen als we niet het vertrouwen hadden dat we sterk staan. Het is van groot belang dat we onze patenten beschermen en compensatie in de vorm van royalties eisen voor alle producten die geproduceerd of verkocht worden in de landen waar onze patenten gelden. Naast schending van onze patenten zijn wij van mening dat Toyota licenties met betrekking tot deze technologie aan andere fabrikanten verstrekt. We zullen doorgaan met het zoeken naar een oplossing door middel van onderhandelingen maar zullen, indien dit nodig blijkt te zijn, deze zaak via de rechtbank afhandelen."

Patent informatie
De zaak heeft betrekking op patent EP 0414782 van Antonov.